Uitgeverij Weegbree

De noodzaak tot geloven ligt in ons brein

Gevouwen handen
Een persoonlijk woord vooraf

Toen ik in 2005 naar Turkije verhuisde had ik een flinke stapel boeken bij me plus een doos met artikelen en aantekeningen. Ik was van plan een boek te schrijven over de wetenschappelijke verklaringen over de werking van alternatieve therapieën. Ik was - en ben - ervan overtuigd dat het antwoord te vinden is in de neurologie. Overigens heeft de neurologie raakvlakken met de genetica en epi-genetica en ook daar heb ik me in verdiept. Als je het hebt over alternatieve therapieën stuit je ook al snel op spiritualiteit, religie en andere overtuigingen met betrekking tot zingeving. 
Voor ik naar Turkije verhuisde heb ik over bovenstaande onderwerpen veel gelezen. Bovendien heb ik als toehoorder een vijfdaags congres gevolgd met neurologen van wereldfaam. De vragen die ik er stelde werden opvallend welwillend beantwoord. Binnen de neurologie blijkt wel degelijk een serieuze interesse in alternatieve therapieën te bestaan. Hoe anders was het binnen het wereldje van die alternatieve therapeuten; ik stuitte regelmatig op weerstand als ik een poging deed hun overtuigingen van een wetenschappelijke basis te voorzien. Alsof men bang was dat door het wegvallen van het mysterie - of zelfs de mystiek - de kern van hun therapie weg zou vallen. Misschien zelfs wel de kern van hun eigen overtuigingen en derhalve de kern van hun bestaanszin.
In het nu volgende stuk leg ik uit waarom wij als mens genoodzaakt zijn een persoonlijke overtuiging te hebben in de vorm van religie, spiritualiteit of een andere persoonlijke overtuiging met betrekking tot zingeving. 

De noodzaak tot geloven ligt in ons brein

Al eeuwenlang vinden er discussies plaats over de vraag of er buiten ons een hogere macht bestaat of dat dit slechts een hersenschim is. Waarom er waarschijnlijk nooit overeenstemming bereikt zal worden, is vanuit neurologisch oogpunt bekeken eenvoudig te verklaren: de behoefte aan religie en overtuiging komt automatisch voort uit de werking van ons brein. En ons brein vertelt ons dat wat wij ervaren, zien of horen onwrikbaar waar is...

Zingeving

Een van de vaardigheden van onze hersenen is het kunnen leggen van causale verbanden, oftewel het kunnen zien van oorzaak en gevolg. Als de oermens niet in staat was geweest om het verband te leggen tussen het eten van bessen en buikpijn daarna, zouden we niet ver gekomen zijn. Deze structuur zorgt er ook voor dat we ons een voorstelling kunnen maken van de gevolgen van ons gedrag. En het maakt ook dat we zin of betekenis kunnen toekennen aan ervaringen en gebeurtenissen. Wij kunnen bijvoorbeeld zeggen ‘als ik toen geen lekke band had gehad, dan zou ik niet een trein later hebben gehad en dan zou ik hem of haar nooit zijn tegengekomen’.
De keerzijde van deze mogelijkheden is dat we ons lang geleden al af zijn gaan vragen waarom er lijden in de wereld is en waarom de dood bestaat. Onze hersenstructuur zorgt ervoor dat we niet anders kúnnen dan naar het waarom te vragen en daar een zinnig antwoord op te bedenken.
Deze waarom-vraag klinkt al een paar duizend jaar en de antwoorden daarop zijn gekomen in de vorm van bijvoorbeeld mythen maar ook in de vorm van (semi)wetenschappelijke verklaringen en theorieën.

Wat we waarnemen, ervaren we als de realiteit

Geuren, kleuren, smaak, geluiden, enzovoorts, komen in de hersenen in piepkleine onderdeeltjes binnen en worden daar verwerkt. Niets komt ons bewustzijn binnen als één geheel. Al die hersenactiviteit, al die verwerkingen, krijgen wij in ons bewustzijn niet voorgeschoteld maar er duikt in ons bewustzijn een beeld van het geheel op. Dit beeld is bij lange na niet compleet; er ontgaan ons voortdurend allerlei details. Dat is maar goed ook, we zouden anders gek worden van al die details die niet terzake doen. Maar we zijn ons er niet van bewust dat we niet alle details in ons bewustzijn hebben ontvangen, anders zouden we ons steeds afvragen ‘hé, waar is de rest’ of ‘zou ik iets missen’ en ‘klopt het wel wat ik nu zie’. Dat zou ons voor grote problemen plaatsen en ons erg onzeker maken in al onze handelingen en gedachten. In plaats daarvan ervaren we wat we in ons bewustzijn waarnemen, als de werkelijkheid, en daar vertrouwen we op.
Pas als we ontdekken dat we iets niet gezien hebben, kunnen we – soms met heel veel moeite – ons beeld van de werkelijkheid bijstellen. En dit geldt ook voor denkbeelden en overtuigingen; zolang ze overeenstemmen met hoe we bepaalde dingen beleven, zullen we ze als volkomen waar ervaren.
Hallucinaties worden, op het moment dat ze optreden, ook als echt ervaren. Ze kunnen optreden bij uitputting, extreme pijn, honger of dorst, bij hoge koorts, drugsgebruik, enzovoorts. Maar ook bij elektrische prikkeling van bepaalde hersencellen of – zoals het wel voorkomt bij mensen met epilepsie, migraine of een psychiatrische aandoening – als gevolg van een ‘kortsluiting’ in de hersenen.
Deze reële ervaringen kunnen later eventueel worden bijgesteld naar ‘niet echt’, maar toch zal een dergelijke ervaring in het geheugen als ‘echt’ bewaard blijven. Niet zozeer als iets dat bij de normale werkelijkheid hoort, maar als mystieke ervaring die bewijst dat er buiten ons meer is dan wij gewoonlijk waarnemen.

Religieuze ervaringen

In onze hersenen bevindt zich een centrum dat verantwoordelijk is voor het afbakenen van het ‘zelf’; als we iemands hand vasthouden, weten we welke vingers van ons zijn en welke niet. En als we op een stoel zitten, kunnen we voelen waar ons lichaam de stoel raakt. Het geeft ons het besef van onze positie in de ruimte om ons heen. Het is het ‘oriëntatiecentrum’ van de hersenen.
Ons brein is het meest gevoelige orgaan dat we hebben en om zichzelf zo goed mogelijk te beschermen, staan de hersenen twee belangrijke mechanismen ter beschikking.
In de eerste plaats houden hersenen van balans. Als een bepaald hersengebied langdurig zwaar belast wordt, zal een ander hersensysteem proberen de overmatige activiteit op te heffen door met een tegenactie te komen. Hersenen doen hun uiterste best om bijvoorbeeld pijn te verzachten, angst te reduceren of om extreme gevoelens van geluk af te zwakken. Lukt dit onvoldoende en dreigen de hersenen uitgeput te raken door de te hoge activiteit, dan beginnen ze bepaalde hersengebieden uit te schakelen. Een van de eerste gebieden dat uitgeschakeld wordt, is ons oriëntatiecentrum. Als we ergens helemaal in opgaan, kunnen we nadien het besef van ons ‘zelf’ en de omgeving waarin we verkeren, terug voelen komen. Een gevoel van ‘oja, ik ben hier, het regent, de hoofdpijn is nog steeds niet weg’, enzovoorts.
Bij meditatie, het opzeggen van mantra’s, (rituele) dansen en intens gebed gebeurt hetzelfde, soms in zeer sterke mate. Zo sterk dat het gevoel van het ‘zelf’ volkomen weg is en een intens gevoel van eenheid onstaat met bijvoorbeeld de rest van de wereld of een hogere macht.

De hamvraag

Als religie en overtuiging in onze hersenen besloten ligt, betekent dit dan dat er geen hogere macht bestaat?
Nee. Dat betekent het niet. Want als er een hogere macht bestaat, welk middel heeft deze dan om de mens te bereiken, anders dan via de hersenen? Alles, maar dan ook echt alles, kan slechts door de mens worden waargenomen via de hersenen. Lang niet altijd op een bewust niveau, maar dát is niet van belang.
Moge het inzicht, dat de mens van nature gedreven is een persoonlijke overtuiging te hebben, en dat waarheid lang niet altijd dé waarheid is, leiden tot meer mededogen, begrip en respect voor geloof en overtuiging van onze medemens…

Een persoonlijk woord achteraf

Ik heb in mijn leven diverse keren dingen gehoord of meegemaakt die lijken te wijzen op het bestaan van een hogere macht. Ik heb echter ook verklaringen of interpretaties van dergelijke voorvallen gehoord die - soms achteraf gezien - helemaal niet bleken te kloppen. Dit heeft mij ertoe gebracht daar nog eens wat nader over na te denken en mijn persoonlijke conclusie is dat wij als mens niet in staat zijn de bedoelingen of intenties - of zelfs maar de fenomenen die wij soms ervaren - te doorgronden. Wij geven nou eenmaal een menselijke draai aan wat wij waarnemen of ervaren. Zoals mijn hond Brenda - een slim dier - haar conclusies trekt over bepaald gedrag van mij en daaruit probeert af te leiden of we een ommetje gaan maken, of ze iets lekkers krijgt of dat ik alleen op stap ga en zij thuis moet blijven, zo proberen wij de signalen om ons heen op te vangen en daaruit conclusies te trekken. Brenda heeft het vaak goed, maar ze maakt ook fouten in haar interpretaties en ze zal wellicht weten dat ze soms niet met mij mee mag, maar het waarom daarvan zal ze nooit kunnen doorgronden. 

Ik ben een overtuigd agnost - wat iets heel anders is dan een atheïst! - en geloof dat wij mensen niet kunnen weten of er überhaupt een hogere macht is en als die er al zou zijn (wat ik persoonlijk wel geloof), dat wij nooit kunnen weten welke vorm of welke naam deze heeft.  Opnieuw pleit ik dan ook voor respect voor de (geloofs)overtuiging van onze medemens!


Wil je dit artikel delen? Geweldig! Dat kan via onderstaande knoppen


Uitgeverij Weegbree
Klaske Kassenberg
IBAN  DE31 1001 1001 2621 4881 79
BIC  NTSBDEB1XXX

Gemiddelde beoordeling
Jouw beoordeling
>